In een opinieartikel op de Lawfare website, “China wint als de VS de onderhandelingen over digitaal beleid staakt”, zijn Nigel Cory en Samm Sacks niet enthousiast over het besluit van de USTR. Het woord ’China’ komt twintig keer voor in het artikel. De auteurs lijken te proberen het belang van lokale beleidsruimte in kwaad daglicht te stellen met opmerkingen als:
De grondgedachte die door de USTR wordt verwoord – dat de Verenigde Staten meer ruimte nodig hebben om binnenlandse beleidskwesties aan te pakken – onthult een overeenkomst met Pekings eigen visie op cybersoevereiniteit.
Cory en Sacks lijken geen echt voordeel voor beleidsruimte te zien.
Hoewel beleidsruimte in principe aantrekkelijk mag klinken, hebben landen als China dit concept in de praktijk misbruikt in bestaande WTO-overeenkomsten, zoals over de handel in diensten, om beperkingen op te leggen die hun handelsverplichtingen – of het nu gaat om datastromen, digitale goederen en diensten of andere zaken – in wezen ongedaan maken. (nadruk toegevoegd)
De implicatie lijkt te zijn dat we beleidsruimte moeten opgeven, anders kan China deze misbruiken. Offensieve belangen ten koste van defensieve belangen is geen goed voorstel voor burgers. Het is wel goed voor multinationals, en oligarchen.
Naar mijn mening geven de auteurs een verkeerd beeld van de relatie tussen internationale overeenkomsten en lokale wetten:
Meer specifiek hebben de broncodeclausules van de Handels- en Samenwerkingsovereenkomst tussen de Europese Unie en het Verenigd Koninkrijk de EU er niet van weerhouden om gerelateerde bepalingen in haar AI-wet op te nemen.
Dat klopt, maar het is slechts een deel van het verhaal. De overeenkomst hield de EU niet tegen, maar beperkte, zoals we hierboven zagen, wel de beleidsruimte van de EU. Bovendien maken internationale overeenkomsten het mogelijk om nationale wetten aan te vechten voor internationale tribunalen, die als single issue tribunalen enigszins eenzijdig kunnen zijn. De algemene uitzonderingen (artikel XIV) in de Algemene Overeenkomst inzake de handel in diensten (GATS) van de WTO bevatten meerdere voorwaarden, waardoor de kracht van de waarborg wordt beperkt. Het vaststellen van bepalingen in lokale wetten is niet het einde van het verhaal wanneer internationale overeenkomsten worden geratificeerd. Omdat de USTR nogal in de greep van de tech industrie was is beleidsruimte voor een heroverweging van de digitale handel een goed idee.