Voor wie het gemist heeft, het is verkiezingstijd. Nog niet alle verkiezingsprogramma's zijn rond, maar sommige zijn veelbelovend. En dan heb ik het met name over
GroenLinks en de
Piratenpartij. Toch wil ik hierbij een potentieel misverstand vermijden: ondanks dat sommige mensen die prominent op de lijst van de Piratenpartij zich op zeer verdienstelijke wijze voor Vrijschrift hebben ingezet, verbindt Vrijschrift zich niet aan één politieke stroming. En wel om twee heel eenvoudige redenen: de politieke achtergrond van degenen die zich zichtbaar en onzichtbaar voor Vrijschrift inzetten is daar ten eerste sowieso te divers voor. Ten tweede is je lot aan een specifieke partij verbinden minder goed voor je geloofwaardigheid naar andere partijen toe. Hoezeer ik het ook toejuich dat twee eerdergenoemde partijen zich met betrekking tot (digitale) burgerrechten van zeer zinnige standpunten bedienen, gaat het om vraagstukken die partijen overstijgen.
Zowel voor een communist oude stijl als voor een streng Rooms-Katholiek past het prima in het ideologisch kader om de excessieve intellectuele rechten eens aan een goede snoeibeurt te onderwerpen. Daarom zou het zo prettig zijn als een onontkoombare machtsfactor als het CDA zich eens wat meer in Pauselijke encyclieken over het auteursrecht zouden verdiepen (voor de R.K.-vleugel van die partij), of in het woekergedrag van rechthebbenden (voor de protestantse vleugel).
Dat gezegd hebbende, hoop ik van ganser harte dat die partijen die op positieve wijze aandacht besteden aan digitale burgerrechten hier ook electoraal beloond voor worden. Dus weeg dit mee bij het bepalen van je keuze op 9 juni. Evenmin zal ik het betreuren als kamerleden die zonder schroom een Stasi-samenleving voorstaan (Fred Teeven bijvoorbeeld, al lijkt die zijn zonden te heroverwegen), hier eens een bestraffing van de kiezer voor zouden krijgen.