Meer dan
35 Europese en Amerikaanse maatschappelijke organisaties staan er op dat de Europese Unie en de Verenigde Staten geen bepalingen met betrekking tot octrooien, auteursrechten of andere vormen van zogenaamde "intellectuele eigendomrechten" op zullen nemen in een voorgenomen handelsverdrag. Deze bepalingen kunnen de rechten van burgers op gezondheid, cultuur en vrije expressie aantasten.
De industrie droomt alweer van een gouden standaard op het gebied van de bescherming van intellectuele eigendomsrechten. Dat klinkt als ACTA, het verdrag dat het Europese Parlement afgelopen juli met overgrote meerderheid wegstemde. ACTA was, in bijna alle aspecten, een drama. Onderhandelingen over handelsverdragen zijn niet het juiste forum om intellectuele eigendomsrechten te bespreken.
Op 13 februari kondigden de EU en VS de officiële lancering van de onderhandelingen aan over een transatlantisch handelsverdrag.
De maatschappelijke organisaties staan er tevens op dat de EU en de VS de onderhandelingsteksten van het voorgenomen handelsverdrag vrij zullen geven. De organisaties achten onderhandelingen achter gesloten deuren onaanvaardbaar voor bindende regels die nationale en Europese wetten zullen veranderen.
Gemiddeld zijn de handelstarieven tussen de EU en de VS al laag (minder dan 3%). Om de handel te vergroten, zal vooruitgang moeten komen van een diepe integratie van de wetten van de EU en de VS. In 2010 verklaarde de Europese Ombudsman dat burgers
een duidelijk belang hebben bij informatie over verdragen die het noodzakelijk zullen maken om wetten aan te passen.
Wij hebben een duidelijk belang bij, en recht op, informatie over de onderhandelingen.
De verklaring "
IP out of TAFTA" is door de Nederlandse organisaties
Bits of Freedom en Vrijschrift ondertekend.